Don Quichotte met wind mee
Voor wie het echt interesseert: ik ben gisteren naar Falun geweest en heb dat ook geweten ook. Wie het niet interesseert kan meteen door naar de volgende alinea :-) Na het spierontspannende biertje, heb ik een eveneens rustgevend bad genomen. Met badkristallen van dr. Kneipp, waarvan ik die middag twee potten heb gekocht. Ik vind de Eucalyptusgeur namelijk ontzettend prettig, maar zag (tot mijn vreugde en schrik) dat deze met 50% korting in het vak stond. Vreugde dus, vanwege het ‘twee voor de prijs van één’, maar schrik omdat ik (bij navraag bevestigd) besefte dat dit betekende dat dit badzout uit de collectie gehaald wordt. Afijn, ik besloot (aangezien we eenmaal in het 'hier en nu' moeten leven) er nu maar lekker van genieten, wat tot totale ontspanning leidde, maar eveneens het gevoel dat ik, onderweg naar Falun, met mijn fietsje de laatste loodjes van de tour-de-France af aan het leggen was. Gelukkig verkwikt het doen van de oefeningen wel en had ik op de terugweg windje mee….
Vanochtend hadden we forse wind tegen, op de heenweg althans. Gezien mijn vermoeidheid gisteravond, ben ik vroeg naar bed gegaan en aangezien mijn afspraak in het ziekenhuis niet ál te vroeg was, zijn we et toch zonder al te veel moeite gekomen. Ik schrijf we, want hoewel ik de meeste therapieën en het doktersbezoek bij de homeopaat alleen bezoek, was mijn steun en toeverlaat hier wel bij, omdat het ziekenhuis toch min of meer als ‘vijandig gebied’ gezien wordt. Ook al voelde ik me gesteund door het feit dat ik “niets hoef te laten doen wat ik toch niet wil, als ik er maar naar toe ga”, de wassen-neuzen-theorie dus.
Afijn, we waren mooi op tijd en ik stond nog in de rij van het afsprakenloket, toen er al een karretje langskwam met gratis koffie. Kijk, da’s dus weer mooi meegenomen, gratis koffie terwijl u wacht. En ik heb besloten niet te gaan zeuren over de verspilling omdat deze geserveerd wordt in twee (over elkaar geschoven) bekertjes, omdat je een gegeven paard toch niet ik de bek mag kijken, hè? Overigens zou dit waarschijnlijk ook niet leiden tot het gebruik van betere, hittebestendige bekertjes, maar het afschaffen van het verstrekken van gratis koffie aan zeurpieten (vrees ik). Nee, deze windmolen zou aan mij voorbij gaan....
De koffie (in de twee over elkaar geschoven bekertjes waar ik niet over zou zeuren) mocht ik meenemen naar het kleine onderzoekskamertje, waar al spoedig de arts verscheen. Ik moet er wel even bij vertellen dat ik een aardige, vrouwelijke chirurg heb, en hoewel ze niet veel voor mij kan doen omdat ze alleen reguliere behandelingen aan kan bieden, is ze wel erg betrokken. Dit bleek alleen al uit het feit dat na de vraag “hoe gaat het met u?”, ook de vraag “en met uw kleindochter?” volgde. Na mijn verhaal aangehoord te hebben heeft ze me onderzocht en gezegd dat “het inderdaad goed soepel aanvoelt”. Omdat “voelen ook niet alles zegt” heeft ze me het voorstel gedaan een echo te maken om te zien of er progressie of afname te constateren is. Ik had me al schrap gezet tegen het 'mammo-gebeuren' (wat ik dus absoluut niet wil) en besefte nu dat ik die strijd niet eens aan hoefde te gaan, waardoor ik met die redelijke voorstel meteen akkoord ging. De uitslag zal me telefonisch doorgegeven worden, aangezien ik voorlopig toch op deze voet van behandelen verder wil gaan en de afspraak is dat ik over een half jaar terug kom, of eerder wanneer ik daar behoefte aan zou hebben.
Beneden bij het afsprakenloket was het vrij rustig en ik hoorde de ene T*M* tegen de andere zeggen dat ze het een “vreemde dag” vond, vandaag. Het werd nog vreemder, want bovenaan het formulier dat ik inleverde stond feb 2009 (het advies om terug te komen) en ik wilde op korte termijn een afspraak voor de echo. “Dat heeft geen nut hoor, als u over een half jaar pas terug komt!” Niet boos worden, even diep adem halen en de zaken toch maar even rustig uitleggen, ik ben nou eenmaal een uitzonderingsgeval hè? Echo op korte termijn, de uitslag telefonisch, en over een half jaar terugkomen. “Weet u het zeker?” “Ja, ik weet het zeker”. Ik kon het niet nalaten daar even aan toe te voegen "Je zei toch al dat het een vreemde dag was". Even twijfelde ik of ze de telefoon zou pakken om het na te gaan vragen (haar hand reikte al in die richting), toen besloot ze toch maar een datum te prikken. Gezien het feit dat ik volgende week vrij wil houden wordt dat maandag 1 september.
Enigszins opgelucht gingen we huiswaarts (nu met wind mee). We waren voornamelijk tevreden over de respectvolle manier waarop deze arts ons tegemoet treedt (in die zin dat ze er van uitgaat wat mijn wens is en mij daar bij ondersteunt), en toen we langs de koffieshop kwamen rook het zo lekker dat we ons bijna lieten verleiden het feit te vieren dat we deze keer geen strijd tegen windmolens aan hoefden te gaan. Maar ja, het ís en blijft een ziekenhuis hè, en daar moet je niet langer vertoeven dan strikt noodzakelijk, dus stelde ik voor richting Veldhoven te fietsen om een gezellig plekkie te zoeken om neer te strijken. Dit vonden we al vrij snel, toen ik het bord zag staan dat verwees naar de bar/bistro die in een windmolen gevestigd bleek. Als een rechtgeaarde Don Quichotte vond ik dat wel toepasselijk om daar even de wapenstilstand te vieren.
De tafeltjes stonden al uitnodigend buiten en de deur stond open, maar op de andere deur prijkte het bord ‘Gesloten’. We hadden dit niet meteen gezien en toen H* de fiets bij het hek zetten zei hij tegen het vrouwtje dat daar met de plantjes in de weer was “de koffie is toch wel klaar hè?”. Bij nader onderzoek bleek dit fietscafé pas op 15.00 open te gaan, maar wij konden gewoon koffie krijgen en de stoelen werden van het slot gehaald met de woorden “dit is eigenlijk niet mijn werk”. Deze opmerking kregen we nog een aantal keren te horen, niet mopperend of zo hoor, maar als verontschuldiging dat we niet optimaal bediend werden. Toen we de koffie kregen (helaas was dat op dit tijdstip alles wat ze konden serveren) en de suiker bleek te ontbreken, liep ik even naar binnen om die zelf te halen. “U bent de suiker vergeten, maar ja het is ook niet uw werk hè?”, grapte ik. Toen ik, gewapend met twee suikerzakjes, weer naar buiten liep, vroeg ik in het voorbijgaan “Wat is dan wél uw werk? De boel gezellig maken?”. Spijker op de kop. Even later toen het vrouwtje naar buiten kwam zei ze “ik rommel hier altijd wat rond, tijd genoeg om achter de geraniums te gaan zitten”. Ik had inmiddels al begrepen dat de eigenaar boven het restaurant in dezelfde windmolen woont, en gezien de vriendelijke manier waarop we bejegend werden leek ons die een aardig adres het restaurant zelf eens een keer te bezoeken. Gedurende openingstijden dan wel te verstaan….
Op de terugweg kwamen we nog langs het NGC waar ik de resonantietherapie volg en zijn we even gestopt bij de kapper daarnaast, die voor 11 euro je haar wast-knipt-en-droogt en waar ik al weken van plan ben om weer eens naar terug te gaan. Helaas kon ik niet meteen terecht, maar in plaats van vanmiddag terug te fietsen, heb ik voor morgen afgesproken, wanneer ik toch bij NGC moet zijn. Wel zo praktisch in het kader van (mijn) energie besparen. Ik bereid me nu dus voor op een rustig middagje, en heb besloten mijn haar dan maar te verven, voordát het geknipt wordt. Hoog tijd overigens want de grijze haren beginnen weer de overhand te krijgen. En aangezien ik alleen verfstoffen gebruik op natuurlijke basis (Henna en koffieprut in hapklare brokken) en deze zeker 5 a 6 uur in moeten trekken, is het niet een klusje dat ik ‘even tussendoor’ doe. Gelukkig gaat verf in laten trekken en relaxen thuis heel goed samen.