De Horror van Hörchner

'EAB', Europees Arrestatie Bevel, het Nieuwe Machtsmiddel!


Gestelaar Hörchner wordt toch aan Polen uitgeleverd

door Lisette van der Swaluw

Woensdag 11 juli 2007 - SINT-MICHIELSGESTEL - Het tussenvonnis leek een andere richting op te wijzen. Maar de rechtbank in Amsterdam heeft gisteren besloten dat Gestelaar Robert Hörchner mag worden uitgeleverd aan Polen.

De zwaar aangeslagen Hörchner liet in een kort telefonisch contact weten verbijsterd te zijn. "Een teken dat wij in een politiestaat leven", vindt hij.


Polen heeft om de uitlevering van Hörchner gevraagd, omdat de 55-jarige Gestelaar verdacht wordt van betrokkenheid bij een hennepzaak in Osielsko in 2000. Hörchner zou, als gemachtigde van het bedrijf Albo uit Erp, een derde persoon de opdracht hebben gegeven een huurcontract af te sluiten voor een loods. Daarin werden later 1,8 kg gedroogde hennep, 61 kg hennepbloesem, 66,5 kg hennepplanten en 25 kg stekken aangetroffen. Hörchner ontkent iets met het bedrijf Albo te maken te hebben gehad. Dat zou moeilijk te bewijzen zijn, omdat de directeur van het bedrijf is overleden en de curator onvindbaar is.
Hörchner dacht in ieder geval te kunnen aantonen dat hij niet bij het ondertekenen van het huurcontract is geweest, zoals een Poolse verdachte heeft beweerd. Hörchner overlegde de rechtbank een creditcardbon. Daaruit zou blijken dat hij op de bedoelde dag in Nederland heeft getankt.
Volgens de rechtbank in Amsterdam heeft Hörchner echter niet onomstotelijk zijn onschuld in de hennepzaak kunnen bewijzen. En daarom is alsnog besloten tot uitlevering van de Gestelaar. Eerder besloot de rechtbank die beslissing uit te stellen totdat Polen meer duidelijkheid zou hebben gegeven over de hennepzaak. Daarmee leek de rechtbank gevoelig voor het argument van advocaat C. Korvinus van Hörchner dat er te veel tijd is verstreken om tot vervolging over te gaan. De rechtbank blijkt dat argument nu toch naast zich neer te leggen. Hörchner zegt ervan uit te gaan dat hij in Polen wordt veroordeeld. Eerder zei zijn advocaat Korvinus dat hij in Polen 'geen schijn van kans maakt.'

Volgens de rechtbank heeft Hörchner niet onomstotelijk zijn onschuld in de hennepzaak kunnen bewijzen. Daarom is alsnog besloten tot uitlevering.

Bron:

 


14 november 2003

Justitie zet grimmige klucht voort

De Tweede Kamer stelt er vragen over aan minister Donner. De Nationale Ombudsman doet onderzoek. Het College van procureurs-generaal voelt de hoofdofficier van justitie aan de tand. De secretaris-generaal van Justitie leidt de Ombudsman om de tuin. En het OM gaat, ondanks terechtwijzing door de rechter, gewoon door met het terroriseren van een onschuldig gezin. KN was er zelf bij. Oost-Europese toestanden in Noord-Brabant.

Henk Rijkers

Kan je vrouw in Nederland zonder arrestatiebevel opgepakt en gegijzeld worden, alleen maar om jou te dwingen? Ja, dat kan. Maar kan dat ook, wanneer er tegen jou niet de minste aanwijzing bestaat? Ja, ook dat kan. Kan dat lukrake arresteren zonder enige aanwijzing meerdere keren opnieuw gebeuren? Ja. En als dat allemaal gebeurd is, en de rechtbank constateert dat er inderdaad niet de minste aanwijzing tegen je is, kan het dan zijn dat het Openbaar Ministerie in hoger beroep gaat? Ja, dat kan. En als het Gerechtshof je veel later definitief en zeer beslist vrijspreekt en het OM druipt af, kan het dan zijn dat je een procedure ex art. 12 moet starten omdat men de vervalsing van een processtuk niet wil vervolgen, waar men de rechter mee op het verkeerde been heeft willen zetten? Ja. Maar - we verzinnen het niet - is het mogelijk in Nederland dat men dan wel aangifte tegen jou doet wegens laster en smaad? Helaas: ja, dat gebeurt allemaal. KN was er zelf bij.

'Je gelooft het niet'
Het is de laatste week van oktober. We zijn op bezoek bij de familie Hörchner in St.-Michielsgestel. Huisvader Robert (51) heeft zijn dossier te voorschijn gehaald, aangeduid als ZD 01 (ZD staat voor 'zware delicten'). Na uren praten zijn we aangeland bij een van de kwalijkste zaken die de recherche in zijn dossier heeft uitgehaald: valsheid in geschrifte.

"Kijk", zegt Robert. "Dit is het officiële verslag van het afgeluisterde telefoongesprek dat die criminelen hebben gevoerd. En hier heb je het proces-verbaal voor de rechter, waarin die telefoontap zogenaamd aangehaald wordt. Het citaat is zo aangepast, dat het lijkt alsof ik in het complot zit. Kijk maar, het authentieke citaat is heel anders." Robert is nog niet uitgesproken of de telefoon gaat. Hij neemt op, luistert enige tijd naar de stem aan de andere kant van de lijn. Als hij neerlegt, kijkt hij even het raam uit. Dan zegt hij: "Je gelooft het niet. Het was het politiebureau. Ze doen aangifte tegen ons wegens laster. Ik ben opnieuw verdachte."

Precies getimed
Worden we tot op de seconde gevolgd? Je zou het wel denken. Deze intimiderende zet is zo precies getimed dat je die moeilijk aan het toeval kunt toeschrijven. De telefoon ging precies toen Hörchner de ergste - en onweerlegbaarste - manipulatie van zijn dossier aan KN voorlegde: vervalsing van een telefoontap door een rechercheur. Precies op dat moment komt de politie aanzetten met een aangifte in opdracht van de hoofdofficier van justitie. Een aangifte die overigens kansloos is. Het bewijs ziet uw verslaggever immers voor zich op tafel liggen. Iedereen kan constateren dat het officiële verslag van de telefoontap niet overeenstemt met de aangehaalde woorden in het proces-verbaal. En dat zo een valse verdenking tegen de familie Hörchner wordt gewekt.

Kort arrest
Hoe kunnen gewone, welopgevoede Nederlanders in zo'n nachtmerrie terechtkomen? Het gezin is letterlijk geruïneerd. Robert is als succesvol zakenman de boot ingegaan, omdat hij voortdurend als xtc-verdachte in de berichtgeving van het Brabants Dagblad te kijk is gezet. De pagina's wél correcte verslaggeving in De Telegraaf ('Justitie heeft mij kapotgemaakt') konden zijn reputatie niet meer herstellen. En nu is KN er zelf bij dat een nieuw hoofdstuk aan de klucht wordt toegevoegd. Robert en zijn vrouw Annelies zijn op 3 november wederom verhoord. Nogmaals: een echtpaar dat helemaal niets op zijn kerfstok heeft. Dat is geen oordeel van KN, maar van het Gerechtshof Den Bosch. Dat heeft op 13 mei dit jaar met een kristalhelder arrest het koppel onmiddellijk vrijgesproken: een signaal van zeer grote beslistheid.

Keihard
De kwestie houdt de gemoederen bezig. Dit artikel belicht maar een deel van de justitiële willekeur, maar de Nationale Ombudsman legt de laatste hand aan een volledig rapport.
Vorige week ontvingen de Hörchners een brief van de vaste Kamercommissie voor justitie: er komen vragen voor minister Donner.

Het College van procureurs-generaal heeft laten weten informatie op te vragen bij de verantwoordelijke hoofdofficier van justitie in Den Bosch, mr. Craemer. Tegen deze zelfde hoofdofficier heeft het echtpaar een procedure ex art. 12 aangespannen. Daarmee kan men, wanneer het OM niet wil vervolgen, het oordeel vragen van het Gerechtshof. Robert en Annelies willen dat de rechercheur die hun proces-verbaal heeft vervalst, vervolgd wordt. Nu is 'artikel 12' berucht omdat het bijna nooit wat oplevert. In dit geval zijn de feiten echter zo duidelijk en kei- en keihard dat het Gerechtshof er niet onderuit zal kunnen.

Spectaculaire ontknoping
Hoe is het allemaal zo gekomen? De nachtmerrie begint in november 1999. Robert is bezig zijn confectiebedrijf uit St.-Michielsgestel over te brengen naar Polen. Vlak voor hij vertrekt, melden zich belangstellenden bij hem voor de leegkomende bedrijfsruimte. Hij geeft hun een sleutel zodat ze die kunnen bekijken. Als Robert na twee weken terugkeert, blijkt er niet alleen niets verhuurd, maar is ook de sleutel niet naar zijn vrouw teruggebracht. Wel weet Annelies dat er mannen in de loods zitten. Ze is er een kijkje gaan nemen, maar had daar een onprettige confrontatie. Robert onderneemt meteen actie, eist de sleutel terug en dreigt met juridische stappen. De kwestie lijkt een spectaculaire ontknoping te krijgen, als op 25 november de politie er een nachtelijke inval doet. Er blijkt een xtc-laboratorium in aanbouw. Later zal blijken dat de politie daarvan op de hoogte was, want zij luisterde de bende al maandenlang af. Rob en Annelies zijn ontsteld. Zij bieden de politie alle medewerking aan.

Uitzitten!
Daarmee lijkt de zaak voor hen afgedaan. Robert vertrekt opnieuw naar Polen. Daardoor loopt hij een schokkende gebeurtenis mis. Op 31 januari doet de politie opnieuw een inval. Maar nu in zijn eigen huis, bij Annelies en de kinderen, een meisjestweeling van zestien jaar. De politie voert moeder mee. De minderjarige meisjes zijn geheel overstuur en brengen zonder opvang de nacht alleen in huis door. In de cel krijgt Annelies ondertussen een slechte behandeling. Robert meldt zich de volgende dag, halsoverkop terug uit Polen, bij de politie die daarop Annelies vrijlaat. De rechter-commissaris bekijkt de in hechtenisneming van Robert. In het proces-verbaal is een cruciale telefoontap vervalst, zodat de schijn wordt gewekt dat Robert bij de criminele organisatie betrokken is. Maar gelukkig, de rechter-commissaris trapt er niet in. Hij beslist dat Robert moet worden vrijgelaten. Maar officier van justitie Th. De Jong denkt daar anders over. Hij laat Robert weten dat hij al drie dagen verlenging had aangevraagd en dat hij die gewoon moet uitzitten. Maar, zegt Robert verbaasd, de rechter-commissaris heeft toch duidelijk beslist? Niets mee te maken, vindt de officier van justitie. Uitzitten! Pas op 7 februari 2000 mag Robert naar huis.

'Bittere pil justitie'
Het zal echter nog bijna drie jaar duren, tot 19 september 2002, voordat de rechtbank in Den Bosch vaststelt wat vanaf het begin evident was. De Hörchners hebben niets met de xtc-bende te maken. Het OM gaat echter **unverfroren in hoger beroep, zonder dat het ook maar een begin van een aanwijzing voor een belastend feit in handen heeft. Er gaat opnieuw een klein jaar voorbij. Opnieuw een jaar waarin de Hörchners voor buren, vrienden en kennissen in de kwade reuk blijven staan, waarin het OM hun in 1999 zonder de minste reden heeft gebracht. Zo oordeelt ook het Gerechtshof. In een kort en krachtig vonnis zuivert het Robert en Annelies op 13 mei 2003 van alle blaam. 'Bittere pil voor justitie', kopt De Telegraaf. Rob en Annelies hebben een schadeclaim bij de Staat neergelegd van € 125.000.

Hoogste ambtenaar Justitie
Wie denkt dat Justitie zich wel zal uitputten in verontschuldigingen, begrijpt er weinig van. Bepaald schokkend is de brief die de hoogste ambtenaar op Justitie, secretaris-generaal Joris Demmink, namens de minister aan de Nationale Ombudsman schrijft.

Het is enkele dagen voordat het Gerechtshof de verlossende vrijspraak doet. In plaats van de hand in de boezem van de eigen organisatie te steken, doet Demmink samen met het College van procureurs-generaal nog even zijn uiterste best om de justitiële mishandeling te rechtvaardigen. Hoewel de topambtenaar geen enkele concrete reden kan noemen waarom het echtpaar als verdachten aangemerkt zou kunnen worden, gaat hij ten overstaan van de Nationale Ombudsman door met het doen van kwalijke suggesties. Zo beweert hij, in strijd met de waarheid, dat uit het opsporingsmateriaal zou blijken dat Annelies destijds het xtc-laboratorium "heeft ontdekt". Annelies heeft echter niets gezien, omdat de criminelen haar niet ver lieten komen. En al had ze wel wat gezien, wie weet nu hoe een xtc-lab eruit ziet?

Volmaakt raadsel
Later is duidelijk geworden dat de bende bezig was het xtc-lab over te huizen. Men zocht echter een locatie om twee weken te overbruggen. Zo kwamen ze in St.-Michielsgestel bij Robert terecht. De bende wist niet dat de politie haar al in de peiling had. Nergens blijkt uit de telefoontaps dat de Hörchners de bedoelingen van de bende kende, eerder het omgekeerde. Ook de bendeleden hebben nadrukkelijk ontkend dat de Hörchners ergens van afwisten.

De vraag blijft dus: waarom hebben politie en justitie zo hun stinkende best gedaan om totaal onschuldige burgers erbij te lappen? "Dat is inderdaad de grote vraag", zegt Robert. "Het is een volmaakt raadsel. Ik heb zelfs niet het begin van een vermoeden. Ik kan er ook niets bij bedenken. Maar het is een feit dat ze het gedaan hebben. Ik ben geruïneerd."


1 juni 2007


Uitgeleverd, hoewel onschuldig?

Robert Hörchner wordt, hoewel vrijgesproken, mogelijk volgende week uitgeleverd aan Polen. Een dieptepunt in een justitiële affaire die al sinds 1999 doorettert.

Henk Rijkers

“Wat is je staatsburgerschap nog waard?”, vraagt Annelies vertwijfeld. De Brabantse moet onder ogen zien dat haar man Robert Hörchner mogelijk wordt uitgeleverd aan Polen. Op 8 juni zal de rechter hierover uitspraak doen. Robert moet zich klaar voor transport melden bij de rechtbank. Wanneer de uitspraak ongunstig uitvalt, wordt hij direct in hechtenis genomen en uitgeleverd. In Polen hangt hem een jarenlange gevangenisstraf boven het hoofd. Toch hebben de Hörchners niets misdaan.

Foto: Sandra Peerenboom  
Robert en Annelies Hörchner worden al zeven jaar belaagd door het Openbaar Ministerie.
 

Afgeluisterd
Hoewel het Openbaar Ministerie hen al acht jaar achternazit, is het er nooit in geslaagd een zaak tegen hen te maken. De Hörchners doorkruisten in 1999 onbedoeld een politieonderzoek naar een drugsbende en haalden zich zo de woede van het OM op de hals. Op basis van – achteraf gebleken – fictie betichtte het OM hen van medeplichtigheid aan een criminele organisatie. In 2003 heeft de rechter hen in hoogste instantie onherroepelijk en met nadruk van iedere verdenking vrijgesproken. KN stelde vast dat het echtpaar niettemin een half jaar later in eigen huis te St.-Michielsgestel werd afgeluisterd. Toen we hardop besloten tot publicatie in KN, ging direct de telefoon. Het was de politie, die als reactie aankondigde aangifte te doen wegens smaad. Voor KN een aardige primeur, zowel wat het afluisteren als de aangifte betreft.

Vrijspraak?
De affaire kreeg landelijke bekendheid, vooral door Peter R. de Vries, die er in mei 2004 op SBS 6 een uitzending aan wijdde. De aap kwam uit de mouw toen de bekende misdaadverslaggever toenmalig hoofdofficier van Justitie mr. R. Craemer met de feiten confronteerde. Craemer liet zich ontvallen dat vrijspraak alleen maar zeggen wil “dat niet is kunnen worden vastgesteld dat iets gebeurd is”. Met andere woorden: vrijspraak is voor het OM niet noodzakelijk een reden vervolging te staken. De rechtsstaat op zijn kop.

Dossiermanipulaties
Hoever dat gaat, ontdekte Robert Hörchner in zijn eigen justitiële dossiers. Buiten zijn weten bleek hij administratief, zonder enige grond, in verband gebracht te worden met de zwaarste delicten. Toen Robert van Justitie een verklaring eiste, ontving hij een zoetsappig schrijven dat alle onderzoeken (naar schietpartijen, moord, cocaïnetransport, wapenhandel, prostitutie) waren afgesloten en dat hij geen verdachte was. Maar administratief zou het hem wel decennialang zijn blijven aankleven. Ook de schadeclaim die de geruïneerde zakenman tegen de Staat heeft lopen, zou er ongunstig door beïnvloed kunnen zijn.

Telefoontap
Centraal in de strijd die Robert en Annelies voeren, staat een afgetapt telefoongesprek. Hierin spreken twee betrokkenen bij een XTC-laboratorium met elkaar. Van dit gesprek is een ‘tapverslag’ gemaakt. Hierin bevindt zich een moeilijk verstaanbaar gedeelte. Een rechercheur blijkt in tweede instantie hierin liefst 26 nieuwe woorden gehoord te hebben, precies de woorden waaruit de medeplichtigheid van Robert moet blijken. Robert en Annelies zijn ervan overtuigd dat dit onverstaanbare deel opzettelijk in hun nadeel is uitgewerkt om de rechter te misleiden en hun veroordeling zeker te stellen. Het gerechtshof in Den Bosch heeft de gang van zaken rond de twee tapverslagen “onzorgvuldig” genoemd, maar wilde als gebruikelijk niet tot vervolging van de betreffende rechercheur overgaan.

‘Slecht gevoel’
Deze rechercheur heeft tegenover KN erkend dat zijn versie een tweede is, maar ook de betere. Of dat zo is, zal spoedig blijken. Hoewel Justitie de Hörchners de originele opname jarenlang heeft onthouden (onder andere door ingrijpen van het College van Procureurs-generaal, dat de band tot ‘geheim’ bestempelde), ziet het er nu opeens naar uit dat zij die toch gaan krijgen, en wel naar aanleiding van een beroepszitting in Den Bosch, op 8 juni a.s. “Toen ik hoorde dat OM nu opeens wel bereid was de band af te staan, kreeg ik opeens een heel slecht gevoel”, aldus Robert.

Gram
En niet voor niets. Tegen alle redelijkheid in lijkt het OM op dezelfde achtste juni te willen proberen een wonderlijk rechtshulpverzoek uit 2001 tegen Robert door te zetten. De achtergrond van het Poolse verzoek is zo mogelijk nog schimmiger dan de zaak van 1999, maar het gaat wederom over productie van verdovende middelen. Gaat het OM nu bij Europees verdrag zijn gram tegen een burger halen, wat het via nationaal recht niet voor elkaar kon krijgen? Blijkt Europa in plaats van een bescherming tegen justitieel misbruik, een uitbreiding daarvan op internationaal niveau? Opnieuw moet de onafhankelijke rechter over het lot van Robert beslissen.

‘Krankzinnig’
In verband met het Poolse rechtshulpverzoek is Robert op 19 maart jl. al met veel machtsvertoon achter de tralies gezet. In de uitzending van Peter R. de Vries afgelopen zondag sprak Hörchners advocaat, de bekende strafpleiter mr. Cees Korvinus, er schande van. “Een krankzinnig verhaal. Er is geen enkele betrokkenheid van mijn cliënt gebleken. Maar de Polen hebben er wel een uitleveringsverzoek op gebaseerd en Hörchner heeft er weer drie dagen voor vastgezeten. Het is ongehoord.”

De rechter doet 8 juni uitspraak over de uitlevering. Het OM ontkent iedere kwade opzet.


29 juni 2007


Zaak Hörchner naar hoogtepunt

In een spannende zitting is dinsdag het Poolse verzoek tot uitlevering van Robert Hörchner behandeld. Zijn justitiële horrorstory heeft een bizarre wending genomen, die bovendien aantoont aan welk gevaar élke Nederlander blootstaat.

Henk Rijkers

Sommige zegeningen van Europa vallen aan Nederlandse burgers niet zo op, omdat die met succes voor hen verborgen zijn gehouden. Een daarvan is de invoering van het Europees Arrestatie Bevel (EAB) in 2004, waarmee toenmalig minister van Justitie Piet-Hein Donner (CDA) elke Nederlander in beginsel direct uitleverbaar heeft gemaakt. Wat maakt het uit, zo was de gedachte, waar je berecht wordt? Europa is toch een justitiële eenheidsruimte, waar de autoriteiten van een wederzijds vertrouwensbeginsel uit mogen gaan? Dus kunnen we burgerrechten en juridische zorgvuldigheid vrolijk inleveren voor een gestroomlijnde uitlevering.

Waar deze bestuurlijke wereldvreemdheid toe kan leiden, werd deze week dramatisch zichtbaar in de rechtbank in Amsterdam, de enige overgebleven instantie die na 2004 nog enigszins toezicht mag houden op al te klakkeloze uitlevering. Daar stond Robert Hörchner voor de rechter, verwikkeld in de zoveelste chicane van het Openbaar Ministerie tegen hem en zijn gezin. Zoals bekend is het OM in de zaak Hörchner in feite al jaren uitgepraat. Men is er nooit in geslaagd ook maar een begin van een zaak te maken. Op hun beurt hebben de Hörchners een schadeclaim ingediend tegen de staat, wat Justitie hun niet in dank afneemt. Met een nieuwe zaak die geen verband houdt met de voorgaande, en met behulp van een vreemd en schimmig EAB uit Polen, lijkt het OM de Hörchners nu alsnog een hak te zetten.

Hennepplantage
Voor wie rechtsstatelijk denkt, was het dinsdag 26 juni in Amsterdam sowieso een deprimerend gezicht. Wat moeten we er immers van denken als we een officier van justitie, mr. Hanneke Festen, zich in zien spannen tegen beter weten in een landgenoot uitgeleverd te krijgen? Heeft het OM niets beters te doen? Sinds wanneer is het OM gehouden te collaboreren met buitenlandse collega’s uit rechtsstaten van twijfelachtige kwaliteit? Polen is vorig jaar liefst 106 keer op de vingers getikt door het Europese Hof. Bovendien kán Robert Hörchner niet de man zijn die de Polen zoeken. Bij monde van zijn raadsman mr. Cees Korvinus heeft Hörchner overtuigend en doorslaggevend bewijs op tafel gelegd, dat hij op 17 juli 1999 in Nederland was, hetzelfde moment waarop hij volgens het EAB in Polen een huurcontract zou hebben getekend om een hennepplantage op te zetten. Op mr. Hanneke Festen maakte die weerlegging geen indruk. “Misschien heeft u het contract dan wel op een andere dag ondertekend.” Barbertje moet hangen, luidt blijkbaar het adagium. Als het niet in Nederland lukt, dan maar in Polen.

Telefoontap
Het past volkomen in het beeld. Al bijna acht jaar probeert het OM de familie Hörchner te treffen, linksom of rechtsom. Sinds Robert en Annelies Hörchner in 1999 in de weg liepen bij een onderzoek van Justitie naar een xtc-bende, heeft het OM geen middel nagelaten om het echtpaar uit Sint-Michielsgestel veroordeeld te krijgen, en zo niet, dan toch in ieder geval in diskrediet te brengen. De Hörchners kwamen als verdachten in het vizier van Justitie vanwege een xtc-laboratorium dat zich tijdelijk buiten hun weten in een door hen gehuurde bedrijfsruimte bevond. Wanhopig op zoek naar concrete onderbouwing van de beschuldiging – deelname aan een criminele organisatie – probeerde Justitie de rechter op het verkeerde been te zetten met een tendentieus uitgeschreven telefoontap. Zonder succes, maar inmiddels was het goedlopende bedrijf en de reputatie van zakenman Hörchner wel naar de knoppen.

Duveltje uit doosje
Met een Pools rechtshulpverzoek uit 2001 heeft het OM nooit iets gedaan, behalve stemmingmaken door ermee te wapperen in de rechtszaal. Voor de verantwoordelijke officier van Justitie, mr. Teeuwes de Jong, was de Poolse schijnzaak in 2002 slechts een middel om zijn eigen schijnzaak tegen Hörchner aan geloofwaardigheid te laten winnen. Toen de rechter daar niet intrapte, liet het OM het er met de Poolse kwestie ook maar bij zitten. Maar ook de Polen zelf hebben het in eerste instantie bij een eenmalige verzoek gelaten, en zelfs nooit moeite gedaan antwoord te krijgen. Jaren bleef het stil. Totdat als een duveltje uit een doosje de zaak in 2005 weer wordt opgepakt, en er uit Polen op 15 november een EAB tegen Hörchner in Nederland arriveert. Ook dat blijft dan weer twee jaar liggen, totdat het OM het begin dit jaar in behandeling neemt. Toevallig juist op het moment dat de Hörchners eindelijk beslag lijken te gaan leggen op de originele telefoontap, het cruciale bewijs bij hun schadeprocedure tegen de staat. Overbodig te vermelden dat daarin ook de landsadvocaat weer de Poolse kwestie dankbaar aangrijpt (hoewel die dus een geheel andere zaak betreft) om Hörchner bij de civiele rechter in kwade reuk te brengen.

Laatste strohalm
Mr. Cees Korvinus deed een zeer klemmend beroep op de drie Amsterdamse rechters om zich hun verantwoordelijkheid in deze vragen oproepende, bij uitstek schimmige en niet-onderbouwde uitleveringszaak bewust te zijn. De officier van Justitie merkte zelfs spottend op dat de advocaat de rechters "de barricade opduwde". Maar volgens Korvinus is bij de huidige dramatisch uitgeholde positie van door het buitenland opgeëiste personen, de rechterlijke toets de laatste strohalm waaraan een Nederlandse staatsburger zich kan vastklampen. Daarna verdwijnt hij – wellicht zonder ooit meer terug te kunnen – in een buitenlandse cel, mogelijk op grond van een corrupte beschuldiging, onderworpen aan een vreemde, vaak zeer dubieuze rechtspraak in een vreemde taal, en verstoken van behoorlijke rechtshulp. "Let op mijn woorden. U gaat nog veel meer van dit soort gevallen voor uw kiezen krijgen", profeteerde de raadsman voor de rechters.

Tijdens een schorsing vertelt uitleveringsspecialist mr. Korvinus aan KN dat hij hemel en aarde in de politiek moest bewegen om althans de huidige schrale rechterlijke toets te behouden. “Donner wilde dat niet.”

Die toets is er nu, met dank aan mr. Korvinus. Of die in de praktijk ook echt een verschil zal maken bij uitleveringen, gaat in hoge mate afhangen van de uitspraak in de zaak Hörchner. De rechtbank doet uitspraak op 10 juli.

13 juli 2007


Nederland levert Hörchner over

De overlevering aan Polen van Robert Hörchner, al acht jaar het mikpunt van het OM, werd dinsdag toegestaan door de Amsterdamse rechtbank. De uitspraak rammelt aan alle kanten, maar toont bikkelhard aan hoezeer de Nederlandse burgerrechten zijn uitgehold.

Henk Rijkers

“Dramatisch”, “verschrikkelijk”, “een farce”. Advocaat mr. Cees Korvinus, toch bepaald geen vreemdeling in het uitleveringsrecht, kan nauwelijks woorden vinden, net nadat Robert Hörchner gevankelijk uit de Amsterdamse rechtszaal is weggevoerd. Weg van vrouw en kinderen, weg uit zijn eigen land, op transport naar Polen, een land waarvan het rechtsbestel binnen de EU – zacht uitgedrukt – niet erg hoog staat aangeschreven. Alles op basis van schimmige aantijgingen, en na een jarenlang slepend, van de Poolse kwestie geheel en al losstaand conflict over fraude door het Openbaar Ministerie, precies op het moment dat Hörchner daarvan een doorslaggevend bewijsstuk – een vervalste telefoontap – in handen had gekregen. “Europa is er met deze uitspraak onveiliger op geworden”, concludeerde Hörchners raadsman zichtbaar aangeslagen. Hij voorspelt dat zijn cliënt in Polen na een mogelijk veel te lange voorhechtenis veroordeeld zal worden. “De Polen zullen hem vermalen. Hij maakt geen schijn van kans.”

Foto: KN / Jan Peeters
Rechtspraak à la Alice in Wonderland: Robert Hörchner is overgeleverd aan Polen.
 
Alice in Wonderland
Met in de hand een sporttas met persoonlijke bagage moest Robert Hörchner zich op 10 juli bij de Amsterdamse rechtbank vervoegen voor de uitspraak over het Poolse overleveringsverzoek. Als de rechtbank het zou inwilligen, moest de zakenman uit Sint-Michielsgestel immers ter plekke worden ingerekend en afgevoerd. Alle beroepsmogelijkheden zijn afgeschaft. Zijn vrouw Annelies mocht de rechtszaal niet in, maar moest plaatsnemen op de hermetisch afgeschermde publieke tribune. “Barbaars”, was het enige wat zij daar achteraf nog over kwijt wilde. Wel in de rechtszaal zaten Hörchner zelf en zijn raadsman, op de hielen gevolgd door een cameraploeg van Netwerk (EO).

Hoofdschuddend hoorde Robert Hörchner daar de uitspraak aan, af en toe in verbijstering achterom kijkend. De uitspraak, waarvoor de rechters C. Klomp, M. van Mourik en A.A. Spoel tekenen, komt erop neer dat de rechtbank Amsterdam zichzelf als verlengstuk ziet van de Poolse justitie. “Hetgeen door de verdediging is aangevoerd, betreft steeds het bewijs dat de opgeëiste persoon de hem verweten gedragingen heeft begaan”, stelt de uitspraak. Waar moet de verdediging het anders over hebben, zou je denken. Maar hier blijkt juist hoezeer het Europees arrestatiebevel (EAB) een omkering van juridische waarden behelst. De onschuld van Hörchner is voor de Amsterdamse rechters geen enkel issue. “De waardering van het bewijs (dat Hörchner schuldig zou zijn – hr) staat bij uitsluiting ter beoordeling van de Poolse rechter die na overlevering zal dienen te oordelen over het feit waarvoor de overlevering wordt toegestaan”, zeggen de Amsterdamse rechters. Rechtsspraak dus à la Alice in Wonderland: eerst het hoofd afhakken. Dan begint het proces.

Droge ogen
In feite erkent hiermee de Internationale Rechtshulpkamer van de Amsterdamse rechtbank, de enige instantie die nog enigszins toezicht had kunnen houden, dat zij simpelweg weigert dit te doen. Zij draait de bewijslast rigoureus om, in de richting van de burger. Niet diens schuld hoeft zelfs maar enigszins aannemelijk gemaakt te worden, de verdachte dient zelf “buiten elke twijfel” te stellen dat hij “niet schuldig kan zijn aan het feit waarvoor de overlevering wordt verzocht”, zoals de uitspraak stelt (cursivering hr). Zoals officier van Justitie Hanneke Festen eerder met droge ogen in de rechtszaal te berde bracht, zijn daarvoor in de praktijk maar twee mogelijkheden: dat je ten tijde van het misdrijf al gevangen zat, of in een ziekenhuis in coma lag. Dat je aantoont dat je het beweerde misdrijf, het ondertekenen van een (door Polen nooit overgelegd) contract, niet op de gestelde plaats en tijd begaan kunt hebben, zoals Hörchner gedaan heeft, telt niet. De essentiële rechterlijke taak toe te zien op de meest basale rechtsbeginselen, namelijk of aantijgingen wel enige substantie bezitten, wordt in de Nederlandse rechtsstaat opgegeven en doorgeschoven naar de lokale rechter in een ver land, waarvan de verdachte de taal vaak niet eens spreekt en waar hij maar moet afwachten welke rechtshulp hij er aantreft.

EVRM

De Amsterdamse rechtbank erkent dat de Poolse rechtsstaat binnen de EU een van de meest bekritiseerde is, zowel door het Europese Hof als door Amnesty International. Geen probleem toch?, aldus de rechtbank. Polen is immers aangesloten bij het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Je kunt echter pas, en dat weten de Amsterdamse rechters ook heel goed, procederen in Europa als je bij de nationale rechter, in dit geval de Poolse, bent uitgeprocedeerd. En uit de veroordelingen van het Europese Hof en de kritiek van Amnesty International blijkt nu juist dat je doorprocederen als buitenlandse verdachte in Polen maar beter uit je hoofd kunt laten. Wat heb je aan rechten die je in de praktijk niet kunt laten gelden? En hoe kunnen Nederlandse rechters dan doen of hun neus bloedt?

Annelies Hörchner weet het antwoord: “Robert moest weg. Dit is geen overlevering. Dit is de deportatie van een ongewenst persoon. Het lijkt wel oorlogstijd.”

Het actualiteitenprogramma Netwerk doet op donderdag 12 juli om 20.25 uur verslag van de overlevering van Robert Hörchner.


Print dit artikel   Email dit artikel   Link dit artikel

Zie ook:

Stichting Sociale Databank Nederland

misdaadjournalist

NU JIJ

Netwerkuitzending van 12 januari 2006